Een doos in de gang…
Er staat een grote rechthoekige doos in mijn gang. Gevuld met 25 kilo hondenhokken van uitstekende kwaliteit! Het ding krijg ik maar met moeite van zijn plek. Zwaar en onhandig ding. Nadat de bezorger de doos bij mij de gang in schoof, dagen geleden, heb ik de doos ongeveer 2,5 meter weten te verplaatsen. Richting de kelder deur. Je zou denken: ‘deur open, de doos een flinke zet geven en hop, opgeruimd…’.
Of eigenlijk: Ik denk dat!
Want wat zullen anderen (lees: mijn cliënten) wel niet van en over mij denken als zij bij een volgende bezoek aan de praktijk nog steeds die enorme doos zien staan… Zouden zij mij slordig vinden, iemand die het niet eens even netjes rechttrekt in de gang. Mijn voordeur en de hal waar mensen binnen komen, zou toch hét visitekaartje moeten zijn.
Hoe wil ik dat mensen binnen komen, hoe wil ik dat mensen zien dat ze welkom zijn.
Hoe wil ik dat andere mensen mij zien…?
Ooit... ruim 15 jaar geleden bij de start van mijn praktijk, beweerde een collega therapeut dat ik het niet kon maken om op gympen te verschijnen.. Een strak-in-het-pak-uiterlijk was beter voor de hulpverleners relatie met de cliënt... En dát haar... dat moest ik toch echt eens gaan borstelen en in model brengen!
Vanochtend sprak ik Fleur, een jonge vrouw van rond de 25 jaar. Drie jaar geleden kwam zij voor het eerst naar mijn praktijk. Eerst alleen, daarna samen met haar partner. Ze had een hoop ellende meegemaakt in haar jeugd en had last van wat dat teweeg gebracht had, het effect van toen op haar leven nu. Haar partner had daar ook last van, maar had geen flauw idee hoe er mee om te gaan, hoe hij haar kon steunen. Het enige wat hij zag aan zijn lief, was hoe zij zich steeds weer aanpaste aan de situatie, de waan en wens van de dag.
Haar trauma was groot en diep. Dit uitte zich in heftige stemmingswisselingen, nachtmerrie’s en veel onrust in haar lijf en hoofd. Fleur heeft hard moeten werken om haar trauma’s te verwerken, patronen te herkennen en veranderen, om weer in verbinding te komen met haarzelf.
Haar partner heeft al die tijd achter haar gestaan, haar gesteund en haar omarmd, ook als hij er af en toe helemaal niets van snapte… Als hij een lading verwijten en verwensingen over zich heen kreeg van Fleur. Of als zij alleen maar kon huilen, diep en diep verdrietig, beschadigt en gekwetst als zij was.
En nu zit Fleur op de bank in mijn praktijk: ze wilde graag een APK-tje.
Haar blik is open en toegankelijk, ze lacht en is meer ontspannen dan ik haar voorheen had meegemaakt. Ze had wel ‘een dingetje’… Fleur vertelde over haar last van storende gedachte’s. Het ging best heel goed met haar, maar oh jee, die gedachte’s in haar hoofd.
“Wat zullen anderen van en over mij denken”, “Zij zullen mij vast raar vinden”, “kan ik met deze kleding aan naar die afspraak voor mijn werk gaan”…
De spanningen die dat bij haar opriep, het gevoel zichzelf te belemmeren om te kunnen doen, voelen en denken vanuit haarzelf, was een lastige. Het triggerde oude mechanisme’s en patronen uit haar verleden, zorgde dat ze in de war raakte en voelde zich er somber door.
We hebben gesproken, geoefend, gerelativeerd, patronen verduidelijkt, helpende actie’s in de steigers gezet. Fleur heeft gehuild, gelachen en opgelucht adem gehaald. Terug naar zelfvertrouwen, rust, ont-spanning en veiligheid.
En bij het weggaan van Fleur, zie ik die doos staan. Ik denk niet dat het Fleur was opgevallen. Ze zei er niets over, of zou zij denken dat ik….?!